Overdragen aandelen in een B.V. aan kinderen: wat komt hier bij kijken?
Voor iedere ondernemer geldt: de ondernemer begint aan een ‘ondernemingsavontuur’, is hiermee vol passie aan de slag en… de ondernemer houdt er een keer mee op!
Als wij ondernemers spreken over het starten of het voortzetten van een onderneming dan voel je de energie, je hoort hun visie en je proeft de gedrevenheid. Als we ondernemers vragen of ze al hebben nagedacht over het stoppen met, c.q. overdragen van hun onderneming dan wordt het vaak stil. Dit is op zich begrijpelijk, maar zoals reeds aangegeven: iedere ondernemer houdt er een keer mee op. Dit wil overigens niet zeggen dat de onderneming ermee ophoudt. Er zijn verschillende opties voor het voortzetten van de onderneming, zoals:
- overdracht aan kinderen;
- overdracht aan één of meerdere medewerkers;
- verkoop aan een derde partij.
Bij bovengenoemde trajecten is de ondernemer betrokken en vaak ‘in control’. Het is ook denkbaar dat dat niet het geval is, bijvoorbeeld bij ziekte of overlijden. Hoe dan ook, bij al deze trajecten speelt fiscaliteit een rol. In dit artikel wordt op hoofdlijnen ingegaan op enkele regelingen die gelden bij een bedrijfsoverdracht, hierbij ligt de focus op een bedrijfsoverdracht aan kinderen. Het artikel is gebaseerd op huidige wet- en regelgeving en er wordt stilgestaan bij wetsvoorstellen die onlangs zijn aangekondigd in de voorjaarsnota.
1. Algemeen
Bij bedrijfsopvolging van een onderneming (B.V.), zijn met name twee belastingen van belang; de inkomstenbelasting en successie- of schenkbelasting. In dit artikel wordt de overdrachtsbelasting buiten beschouwing gelaten.
2. Inkomstenbelasting
2a. Bij overlijden
Bij overlijden is in beginsel inkomstenbelasting (box 2, aanmerkelijk belangheffing) verschuldigd door de overledene (onderdeel nalatenschap). Deze bedraagt thans 26,9% en aangekondigd is, dat dit tarief zal worden gewijzigd in 2024 in 31%. Wel geldt er dan een lager tarief over de eerste € 67.000 van 24,5%. Bij fiscale partners bedraagt dit € 134.000.
Indien er ondernemersvermogen in de B.V. aanwezig is, dan kan volgens de Bedrijfs Opvolgings Regeling (BOR) deze claim (voor dat deel) op verzoek (!) worden doorgeschoven naar de erfgenamen, de zgn. Door Schuif Regeling (DSR).
NB: wordt er een onderneming gedreven als vof, maatschap of eenmanszaak, dan wordt in beginsel over de stakingswinst (na vrijstellingen) in box 1 (max 49,5%) belasting geheven. Deze kan onder voorwaarden doorgeschoven worden naar de opvolgers. Hier wordt in dit artikel verder niet op ingegaan.
2b. Bij schenken
Je zou denken dat bij schenken een soortgelijke regeling (DSR) is. Dit is echter in slechts bepaalde gevallen en onder voorwaarden zo. Vaak zit de onderneming in een werkmaatschappij onder een Holding. Indien de werkmaatschappij wordt geschonken dan stelt de Belastingdienst dat hiervoor de doorschuif faciliteit niet geldt.
Er is een door de overheid geaccepteerde mogelijkheid om een werkmaatschappij door schenking over te dragen en de claim kan worden doorgeschoven. Hiervoor moeten grofweg een paar stappen worden doorlopen:
- De holding van senior wordt gesplitst;
- de werkmaatschappij wordt alsdan onder de gesplitste Holding gehangen;
- De nieuw gesplitste Holding wordt geschonken aan junior met daaronder de werkmaatschappij.
NB: in de praktijk komen ook andere aanpakken voor, dit verschilt per geval. Er dient aan diverse voorwaarden te worden voldaan waar hier nu niet nader op wordt ingegaan.
Een belangrijke voorwaarde is dat de verkrijger (familielid) tenminste 3 jaar werknemer van de geschonken onderneming moet zijn. Dit mag ook via een management-fee overeenkomst. Welke werkzaamheden en de hoeveelheid werk is niet nader gedefinieerd. De Belastingdienst kijkt kritisch naar de dienstbetrekkingseis en kijkt ook nauwkeurig naar de mate waarin werk is uitgevoerd. Politiek ligt dit gevoelig. Over dit onderdeel is nog weinig geprocedeerd.
3. Successierecht/ schenkbelasting
3a. Algemeen
Het doel van de BOR en de DSR is om bedrijfsopvolgingen te faciliteren en te voorkomen dat reële bedrijfsopvolgingen niet doorgaan ten gevolge van de verschuldigde belasting.
Bedrijfs Opvolging Regeling (BOR)
In de Successiewet is de BOR opgenomen. De BOR is een regeling waarbij op verzoek van de ondernemer onder bepaalde voorwaarden het ondernemingsvermogen kan worden vrijgesteld van schenk- of erfbelasting indien het bedrijf wordt overgedragen. Het doel van de regeling is om de continuïteit van een onderneming te waarborgen indien de overnemende persoon/partij (het kind) onvoldoende middelen heeft om de schenk- of erfbelasting te voldoen.
Algemeen: Er gelden vrijstellingen voor het doen van schenkingen
Bij overlijden dienen de erfgenamen successierecht te betalen. Hiervoor gelden de volgende vrijstellingen:
*Bedrag wordt lager door pensioenimputatie
Voor nadere toelichting zie 3b. en 3c. Zit in de onderneming ook beleggingsvermogen c.q. overtollige liquide middelen dan mogen deze voor 5% van de waarde van de onderneming meegenomen worden in de BOR-regeling.
3b. Successierecht m.b.t. BOR. Successierecht / erfbelasting
Indien de erfgenaam een onderneming (al dan niet via een B.V.) erft, dan geldt hiervoor een vrijstelling mits de overledene de onderneming langer dan één jaar in bezit heeft gehad en de erfgenaam de onderneming 5 jaar voortzet (mag ook zijn: laten voortzetten), voor diens rekening en risico.
3c. Schenkbelasting
Hiervoor geldt in principe hetzelfde als voor successierecht, met dien verstande dat de onderneming 5 jaar in het bezit van de schenker moet zijn.
NB: Naast vrijstelling kan onder voorwaarden ook gedurende 10 jaar uitstel van betaling gekregen (zowel voor de IB- als erfbelasting) worden, omdat bijvoorbeeld er te weinig liquide middelen zijn of het geld vastzit in activa zoals gebouwen. Er is dan wel rente verschuldigd.
4. Overzicht heffingen in globaal schema (huidige wetgeving, mits ondernemingsvermogen)
Let op: de Belastingdienst kijkt zeer kritisch naar het bezitcriterium (bezitsperiode) en de voortzettingsvereiste.
5. Aangekondigde wetswijzigingen
Er wordt al enkele jaren gesproken over het versoberen en vereenvoudigen van de bestaande regelingen: BOR en DSR. Het kabinet is op zoek naar besparingen (bezuinigingen?) om de relatief dure afgelopen jaren te compenseren. In de voorjaarsnota (mei 2023) heeft het kabinet (mogelijke) wijzigingsvoorstellen voorgesteld, we noemen er enkele:
5a. Verandering grensbedrag en vrijstellingspercentage
5b. Afschaffing doelmatigheidsmarge
Het beleggingsvermogen mag niet langer voor 5% van het ondernemingsvermogen worden meegenomen in de vrijstelling. Deze komt nu volledig buiten de BOR en DSR te vallen.
5c. Aanmerken van een derden verhuurd vastgoed als beleggingsvermogen
Er werd veel geprocedeerd over de vraag of verhuur van vastgoed een onderneming of belegging was. Bij wet wordt nu bepaald dat verhuur van vastgoed aan derden, beleggingen zijn. Dit impliceert onder meer dat opbrengsten van verhuurd vastgoed aan derden niet langer onder de vrijstelling van de BOR en DSR zullen vallen.
5d. Bezits- en voortzettingsreis
Nu geldt dat de schenker de onderneming minimaal 5 jaar dient te bezitten om gebruik te kunnen maken van de BOR en de DSR. Vervolgens geldt dat de verkrijger de onderneming minimaal 5 jaar dient voort te zetten. Dat hoeft hij niet zelf te doen, dat mag hij ook laten doen, hij dient wel 5 jaar het bezit te continueren. Hierin komt mogelijk een versoepeling, het is nog niet bekend wat deze versoepeling inhoudt.
5e Dienstbetrekkingsreis
Nu geldt dat een verkrijger minimaal 3 jaar een dienstbetrekking dient te hebben met de onderneming, voorafgaand aan de verkrijging. Het ziet ernaar uit dat deze eis zal verdwijnen cq. wordt verruimd.
5f. Aanpak oneigenlijk gebruik BOR door constructies
Het kabinet gaat onderzoeken hoe ‘misbruik’ van de BOR middels speciale constructies kan worden teruggedrongen. Focus komt hierbij te liggen op ‘dubbel’ gebruik dat gemaakt wordt van de BOR en zogenaamde rollatorinvesteringen. Bij rollatorinvesteringen zetten mensen op hoge leeftijd hun beleggingsvermogen om in ondernemingsvermogen om de belastingdruk bij vererving te beperken.
6. Resumé
Het ziet ernaar uit dat de BOR en DSR (gelukkig) niet worden afgeschaft. Het is wèl waarschijnlijk dat er veranderingen zullen optreden in deze regelingen. De voorgestelde aanpassingen worden eind juni 2023 aan de Tweede Kamer voorgesteld. De eventuele ingangsdatum zal dan vermoedelijk 1 januari 2025 zijn. Dit lijkt nog een eind weg, maar uit ervaring weten we dat dergelijke trajecten ook veel tijd vergen.
Wilt u over Bedrijfsopvolging in het algemeen of over de BOR/DSR in het bijzonder een keer van gedachten wisselen, neem dan contact op met ons of met 1 van onze collega’s. We gaan graag met u in gesprek over uw specifieke situatie, mogelijkheden en risico’s. Overdracht is altijd maatwerk, ons devies: Begin op tijd!
Auteurs: Bert Stege, fiscalist ETL Dales, Jan Paul Kiefmann, fusie- en overname specialist